Test 3

Enquête

- Test 3

1. Enkele algemene vragen

1. Ben je man of vrouw?

Man1 Vrouw2

2. Hoe oud ben je?

3. Hoeveel uren per week werk je?

tot en met 11 uren per week1 12 tot en met 24 uren per week2 25 tot en met 37 uren per week3 38 of meer uren per week4

4. Wat voor contract heb je?

Vast contract (onbepaalde tijd)1 Tijdelijk contract (bepaalde tijd)2

5. Welke functie heb je?

6a. Ben je tevreden over de opkomstruimte van het object?

Ja1 Nee2

6b. Ben je tevreden over de kleed- en wasruimte op het object?

Ja1 Nee2

6c. Ben je tevreden over de opbergruimte voor je materiaal?

Ja1 Nee2

6d. Ben je tevreden over de toegankelijkheid van water en elektriciteit?

Ja1 Nee2

2. Werkdruk

7. Is er genoeg tijd om het werk af te krijgen?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

8. Heb je teveel werk te doen?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

9. Blijft er werk liggen?

Bijvoorbeeld werk dat niet afkomt

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

10. Hoe vaak moet je extra hard werken om het werk af te krijgen?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

11. Moet je erg snel werken?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

12. Zijn er op je werkplek te weinig mensen voor het werk?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

13. Denk je weleens over je werk 'dit is me veel te druk'?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

14. Word je vaak gestoord in je werk?

Bijvoorbeeld omdat iemand je iets vraagt.

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

3. Fysieke (=lichamelijke) belasting

Alleen voor schoonmaker, glazenwasser, reiniger en voorvrouw of voorman.

4. Klimaat

20. Is tijdens je werk de lucht goed?

Dat wil zeggen: niet te koud, niet te warm, niet te droog, niet te vochtig en ook geen vieze lucht.

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

21. Heb je het te koud als je werkt?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

22. Heb je het te warm als je werkt?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

5. Emotionele belasting

23. Maakt je werk je verdrietig, bang of boos?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

24. Voel je je in je werk persoonlijk aangevallen of bedreigd?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

25. Heb je in je werk contact met lastige mensen?

Bijvoorbeeld klanten of patiënten

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

26. Gebeuren er op je werk dingen die je niet snel kan vergeten?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

27. Is je werk gevaarlijk voor jezelf?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

6. Invloed werk op de werkprocessen

28. Mag je zelf bepalen hoe dingen gebeuren op je werkplek?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

29. Kan je zelf de tijd van je werkzaamheden bepalen?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

30. Mag je zelf weten waar je eerst aan begint en waar je later aan begint?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

31. Mag je meebeslissen over dingen op je werk?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

7. Invloed werktijden

32. Stelt het bedrijf je in staat om het werk te combineren met privé-verplichtingen?

Bijvoorbeeld om te zorgen voor een kind, ouder of partner.

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

33. Kan je op andere tijden werken als er ineens een probleem is met jou of je familie?

Bijvoorbeeld als je je kind van school moet halen omdat het ziek is geworden.

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

34. Mag je zelf weten hoe laat je begint met werken en hoe laat je stopt, zolang je maar zorgt dat je de afgesproken uren werkt?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

35. Begrijpt je werkgever jou en je collega's als er thuis iets is?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

8. Ontplooiing

36. Vind je je werk interessant/leuk?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

37. Kan je in je werk dingen die je weet van je opleiding of van eerder werk gebruiken?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

38. Biedt het werk je afwisseling?

Bijvoorbeeld: Je werkt aan verschillende soorten opdrachten of je doet van tijd tot tijd ander werk.

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

39. Laat je werkgever je weten dat hij het fijn vindt dat je je werk doet?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

9. Planning

40. Hoe vaak komt er plotseling ander werk tussen je normale werk door?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

41. Is het werk over je dienst gelijk verdeeld?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

42. Moet je erg snel werken om je werk af te krijgen?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

43. Hoe vaak moet je het werk stoppen om iets anders te gaan doen?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

10. Leidinggeven

44. Luisteren leidinggevenden en medewerkers goed naar elkaar en leggen ze elkaar dingen goed uit?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

45. Zijn de taken goed verdeeld tussen de mensen?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

46. Neemt je leidinggevende ideeën en wensen van jou of je collega's serieus?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

47. Doen jij en je collega's je werk op de afgesproken manier?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

48. Geeft je leidinggevende je dingen die je helpen zelf problemen op te lossen?

Bijvoorbeeld gereedschap of een boekje waarin staat hoe een apparaat werkt.

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

11. Tijdelijk en nieuw personeel

49. Kost het je veel tijd om tijdelijke en nieuwe mensen in te werken?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

50. Moet je steeds kijken of het werk van nieuwe en tijdelijke mensen goed is gebeurd?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

51. Moeten mensen die nieuw zijn of voor een tijdje komen werken net zo veel werk doen als mensen die al langer werken?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

52. Maken mensen die nieuw zijn of voor een tijdje komen werken meer fouten dan mensen die al langer werken?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

12. Hulpmiddelen en apparaten

53. Heb je goede hulpmiddelen om je werk te doen?

Bijvoorbeeld een stofzuiger, huishoudtrap, schrobmachine, ladder, hoogwerker, hogedrukreiniger

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

54. Als een hulpmiddel of apparaat het niet goed meer doet, wordt het dan snel gemaakt?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

55. Worden hulpmiddelen en apparaten nagekeken?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

56. Zijn er op het werk nieuwe onderdelen of gereedschap die je kan pakken?

Bijvoorbeeld nieuwe stofwissers of een reserve stofzuigerslang.

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

13. Opleiding

57. Heb je de laatste vijf jaar via je bedrijf een opleiding voor je werk gedaan?

Ja1 Nee2

14. Instructie op uw werkplek

Alleen voor schoonmaker, glazenwasser, reiniger en voorvrouw of voorman.

15. Inzetbaarheid en samenwerken

67. Verwacht je werkgever dat je verschillende soorten werk kunt doen of op verschillende plekken kunt werken?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

68. Proberen sommige teams of ploegen beter of sneller te zijn dan anderen?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

69. Krijgen mensen of teams bij ons meer betaald als ze meer hebben afgekregen of beter hebben gewerkt?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

70. Wil je werkgever dat je meehelpt als collega's niet snel genoeg schoonmaken?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

71. Ben je naast je uitvoerende werk veel tijd kwijt met dingen regelen?

Bijvoorbeeld: Je moet tijd besteden aan het bestellen van schoonmaakmiddelen of het maken van roosters.

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

16. Kwaliteit

72. Komt het voor dat het werk niet helemaal goed is gedaan?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

73. Worden er op het object fouten gemaakt of afspraken niet nagekomen?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

74. Vind je het vervelend als het schoonmaakwerk niet helemaal netjes is gebeurd?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

75. Gebeurt het werk eigenlijk te snel?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

76. Krijgt je team klachten over het schoonmaakwerk?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

17. Vermoeidheid

77. Ben je 's avonds eigenlijk te moe om nog iets te doen?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

78. Ben je fit als je weer aan het werk begint?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

79. Kan je na werktijd het werk makkelijk van je afzetten?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

80. Voel je je onrustig of zenuwachtig?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

81. Voelt het alsof dingen niet meer goed komen?

Nooit1 Soms2 Vaak3 Altijd4

18. Gezondheid

82. Heb je de laatste tijd klachten over je gezondheid?

Ja1 Nee2

83. Heb je klachten over je gezondheid waarvan je denkt dat ze door het werk komen?

Ja1 Nee2

84. Heb je je het laatste half jaar ziek gemeld?

Nee1 Eén keer2 Meerdere keren3

Werkdrukmeter schoonmaak

Enquête

1. Enkele algemene vragen

2. Werkdruk

3. Fysieke (=lichamelijke) belasting

Alleen voor schoonmaker, glazenwasser, reiniger en voorvrouw of voorman.

4. Klimaat

5. Emotionele belasting

6. Invloed werk op de werkprocessen

7. Invloed werktijden

8. Ontplooiing

9. Planning

10. Leidinggeven

11. Tijdelijk en nieuw personeel

12. Hulpmiddelen en apparaten

13. Opleiding

14. Instructie op uw werkplek

Alleen voor schoonmaker, glazenwasser, reiniger en voorvrouw of voorman.

15. Inzetbaarheid en samenwerken

16. Kwaliteit

17. Vermoeidheid

18. Gezondheid

19. Mentale (=geestelijke) belasting

Alleen voor voorvrouw of voorman en objectleiding.

20. (Meewerkend) voorvrouw/voorman

Alleen voor voorvrouw of voorman.